maandag 12 november 2012

Nadia Fadil


http://www.dewereldmorgen.be/artikels/2012/11/12/seksisme-wanneer-wetenschappelijk-onderzoek-gevaarlijk-wordt

Seksisme : wanneer wetenschappelijk onderzoek gevaarlijk wordt

Het artikel “Seksisme in Brussel: Law and Order Herstellen” heeft blijkbaar gevoelige snaren geraakt. Na uithalen in De Standaard van Joost Vandecasteele over mijn ‘politiek correct denken’ en Luckas Vander Taelen over mijn selectieve verontwaardiging is het nu de beurt aan Mia Doornaert om mij van “onwetenschappelijke blinde vlekken” te beschuldigen. Een antwoord. 
 

Het intellectuele gladiatorendebat

Het maatschappelijk debat, of althans wat we vaak als maatschappelijk debat begrijpen, fungeert als een van de plekken waarin tegenstrijdige meningen elkaar – het liefst met harde hand – confronteren. Althans, zo willen we het graag zien. Begrijp het als het gladiatorengevecht van een intellectuele elite, die de wapens heeft geruild voor de pen (of het toetsenbord) en elkaar tot ieders vermaak met alle ruwheid confronteert.
Lang heb ik aan dit gladiatorengevecht deelgenomen. Ondertussen ben ik echter tot de conclusie gekomen dat ik meer kan bereiken in de strijd voor een inclusieve en multiculturele samenleving door dit gladiatorengevecht te aanschouwen, te bestuderen en vooral zijn werking bloot te leggen. Daarom een poging om volgens de code van het maatschappelijk debat even tussenbeide te komen.

Enkele 'regels' van het debat

Tot spijt van wie het benijdt, mijn artikel voor DeWereldMorgen.be was geen poging om seksisme in Brussel goed te praten, noch om te ontkennen dat de Anneessens wijk welig tiert van mannen – inderdaad vaak van Marokkaanse achtergrond – die elk loslopend vrouwelijk wild graag aanklampen (Regel nummer een: de realiteit erkennen).
Los van het feit dat ik de verhalen ken, heb ik die zelf proefondervindelijk mogen ervaren toen ik twee jaar op de Lemonnierlaan woonde (Regel nummer twee: zichzelf presenteren als iemand die de realiteit kent).
Bovendien vond ik de reportage van Sofie Peeters sterk (Regel nummer drie: positioneer je in het pro/contra kamp).

Femme de la rue

De documentaire ‘Femme de la Rue’ slaagde er immers in om iets te doen wat weinige commentatoren in de hele polemiek konden, namelijk de problematiek van seksisme niet tot de Arabische man herleiden maar consequent als een structureel probleem kaderen en duiden. Bovendien getuigde de reportage van Peeters van een bijzonder groot kritisch bewustzijn over de machtsdynamieken die het thema ‘seksisme’ en ‘multiculturalisme’ omringen.
Meer dan louter een reportage te zijn over Arabische mannen en seksisme in Brussel, was het ook vooral een reportage over de ruimte die er is om een bepaald probleem aan te kaarten zonder onmiddellijk in het pro/contra kamp van de multiculturalisten te worden geduwd. Alleen daarom verdiende deze reportage alle aandacht die ze kreeg.
De ironie wil nu net dat zelfs zo’n kritische reportage, doordrongen van introspectie en zelfreflectie, niet kan ontsnappen aan de machinerie van ons ‘multicutlureel debat’ – dat nog het liefst met behulp van angstbeelden en ultieme tegenstanders opereert.

Analyse van machtsdynamiek

Voor alle duidelijkheid, mijn artikel in DeWereldMorgen.be was geen poging om aanklachten rond seksisme in Brussel te muilkorven. Het was vooral een analyse van de machtsdynamieken die werkzaam zijn zodra het thema ‘seksisme’ en ‘multiculturalisme’ aan bod komen. De mechanismen die dan ingezet worden zijn de volgende.
1. Seksisme wordt vooral als een probleem van de ‘ander’, i.c. de moslimander, gezien. De manier waarop seksisme zich in ons alledaags leven uitdrukt – of het nu gaat om het glazen plafond, de loonverschillen tussen mannen en vrouwen, of het feit dat het vrouwenlichaam nog steeds de grond is op basis waarvan onze reclame-industrie haar producten aan de man brengt – blijven dan ondergeschikt aan dit ene grote probleem (iets wat de reportage van Peeters nu juist wél aan bod laat komen).
2. De problematiek in zulke termen kaderen zal niets verhelpen, noch aan het seksisme binnen minderheidsgroepen, noch aan het seksisme binnen de bredere samenleving. De beste wijze om seksisme in alle rangen te bestrijden is om vrouwen die reeds jaren met zulke gevechten bezig zijn te ondersteunen. De ironie wil nu net dat vrouwenorganisaties sinds de eeuwwisseling met een structurele onderfinanciering worden geconfronteerd en vele ‘allochtone’ vrouwenorganisaties intussen van het Vlaams socio-cultureel landschap zijn gevaagd.
3. De problematiek van seksisme aanklagen in bepaalde grootstedelijke buurten fungeert als een van de prioritaire middelen waarmee een sterker veiligheidsdiscours zich nestelt. Dat is niet alleen mijn ‘mening’, het gaat hier om een mechanisme dat intussen ruim gedocumenteerd werd – getuige de werken van David Theo Goldberg, Guy Baeten en nog vele anderen onderzoekers die over de thema's stad en multiculturaliteit werken.
4. Het seksisme van de Arabische man (net zoals dat van de Afro-Amerikaanse man in de VS of de Surinamer in Nederland) is niet louter een cultureel gegeven maar een uitdrukking van hypermasculiniteit, die typisch is voor mannen die uit het systeem worden geweerd, en die dus hun ‘mannelijkheid’ als enig verweermiddel hebben.
Zulke stellingen innemen is niet minimaliseren, goedpraten of wegcijferen. Het is kaderen. Dit is wat een wetenschapper doet en dit is waarom een antropologie of sociologie van de multiculturele samenleving vandaag ‘gevaarlijk’ is. Niet omdat het dogma’s verspreidt, maar vooral omdat het niet meegaat in het huidige ‘clash-of-civilization’ dogma's en deze juist tot onderzoeksobject heeft gemaakt.
Nadia Fadil


Wanneer wetenschappelijk onderzoek gevaarlijk wordt.
Fascinerend onderwerp vind ik dat.
Seksisme vind ik overbodig. Nadia Fadil kan zich daar bij aansluiten denk ik, dus dat is bij deze al geregeld.
"Zulke stellingen innemen is niet minimaliseren, goedpraten of wegcijferen. Het is kaderen. Dit is wat een wetenschapper doet en dit is waarom een antropologie of sociologie van de multiculturele samenleving vandaag ‘gevaarlijk’ is. Niet omdat het dogma’s verspreidt, maar vooral omdat het niet meegaat in het huidige ‘clash-of-civilization’ dogma's en deze juist tot onderzoeksobject heeft gemaakt."
Geen ellenlange uiteenzetting wanneer wetenschappelijk onderzoek gevaarlijk wordt, neen, kort en bondig. That's my girl.
"Zulke stellingen innemen is niet minimaliseren, goedpraten of wegcijferen. Het is kaderen. Dit is wat een wetenschapper doet en dit is waarom een antropologie of sociologie van de multiculturele samenleving vandaag ‘gevaarlijk’ is. Niet omdat het dogma’s verspreidt, maar vooral omdat het niet meegaat in het huidige ‘clash-of-civilization’ dogma's en deze juist tot onderzoeksobject heeft gemaakt."
"Dogma" vind ik een mooi woord.
Doet me altijd denken aan Dogma 95 en de daarbij horende "vow of chastity".
"Verder zweer ik als regisseur af te zien van persoonlijke smaak! Ik ben niet langer een kunstenaar. Ik zweer af te zien van het creëren van een 'werk', omdat ik het moment belangrijker vind dan het geheel. Mijn uiteindelijke doel is om de waarheid uit mijn karakters en omstandigheden te verdrijven. Ik zweer dat te doen met behulp van alle beschikbare middelen en ten koste van elke vorm van goede smaak en elke esthetische overweging.
Zo zweer ik mijn EED VAN ZUIVERHEID
."
Ik vind het moment belangrijker dan het geheel!

Dogma is bovendien een woord dat verandert van betekenis, een beetje zoals allochtoon.

http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/dogma

dogma (leerstelling; geloofsleer)

M. Philippa e.a. (2003-2009) Etymologisch Woordenboek van het Nederlands

dogma zn. ‘leerstelling; geloofsleer’
Vnnl. dogma ‘leerstuk, grondleer’ [1654; Meijer]; nnl. leerstellingen (dogmata) [1804; WNT leerstelling], dogme ‘leerstuk’ [1805; Meijer], dogma ‘leer’ [1865; WNT twijfelen], ‘geloofsleer’ [1866; WNT ziel I], ‘starre geloofsleer’, [1871; WNT vereeniging], ‘starre leer’ [1876; WNT versteenen].
Ontleend aan Latijn dogma ‘mening, leerstelling’ < Grieks dógma bij het werkwoord dokeĩn ‘veronderstellen, toeschijnen, menen’.
Dogma was oorspr. een neutraal woord, dat o.a. een leerstelling van de Kerk aanduidde. In de loop van de tijd kreeg het een negatieve connotatie, doordat de dogma's van de kerken maar ook dogma's bij filosofen als star werden ervaren. Hierdoor ontstond een betekenis ‘starre leerstelling’, die ook overdrachtelijk buiten de kerk kon worden gebruikt. De negatieve connotatie ging over op dogmaticus en dogmatisch.
dogmaticus zn. ‘iemand die dogma's aanhangt; rechtlijnig mens’ [1864; WNT]. Ontleend aan het Latijnse bn. dogmaticus ‘volgens de leerstelling’. ♦ dogmatisch bn. ‘op een dogma gegrond; fanatiek’ [1793-96; WNT]. Al dan niet via Frans dogmatique [1537; Rey] ontleend aan Latijn dogmaticus, met aanpassing van het achtervoegsel

G.J. van Wyk (2003), Etimologiewoordeboek van Afrikaans, Stellenbosch (incl. Supplement uit 2007)

dogma s.nw.
Vasomlynde (kerklike) leerstuk waaroor nie meer geredeneer kan word nie.
Uit Ndl. dogma (1654).
Ndl. dogma uit Latyn dogma uit Grieks dogma 'mening, prinsipe, leerstelling', lett. 'dit wat 'n mens dink waar is'; in Christelike verband in die bet. 'dogma', van doleo 'ek meen, glo'.
D. Dogma (16de eeu), Eng. dogma (1541), Fr. dogme, It. dogma, domma, Port. dogma, Sp. dogma.

N. van der Sijs (2001), Chronologisch Woordenboek

dogma vastomlijnd geloofsartikel 1804 [WNT leerstelling] <Latijn

P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Van Dale Etymologisch woordenboek

dogma [vastomlijnd geloofsartikel] {1804} < latijn dogma < grieks dogma [mening, in pregnant gebruik principe, leerstelling, in chr. verband dogma], van dokeō [ik meen, geloof], verwant met latijn decēre [passen] (vgl. decent, paradox).

Een dogma was aanvankelijk een mening.
Ik "geloof" dat het waar is.
"Dit wat 'n mens dink waar is."
 Maar "denken" dan in de betekenis van "menen", niet in de betekenis van "ik heb er argumenten voor".
Helaas, dogma verstarde tot een "Vasomlynde (kerklike) leerstuk waaroor nie meer geredeneer kan word nie."
Op die manier kwam "dogma" lijnrecht tegenover wetenschap te staan, wetenschap is geredeneerschap bij uitstek.
Wetenschap gaat de onderliggende factoren bloot(!)leggen.
Wetenschap gaat de mechanismen beschrijven.
Een mechanisme is een constructie van onderling beweegbaar aan elkaar verbonden delen.
http://nl.wikipedia.org/wiki/Mechanisme
De onderdelen zijn onlosmakelijk aan elkaar verbonden.


Maar dogma is inmiddels achterhaald. De regisseurs zijn - in ieder geval voor een groot deel - terug gekomen op hun principes. Steeds vaker werden de gouden dogma-regels door de regisseurs overtreden. Zelfs Lars von Trier overtrad zo´n beetje alle regels met de film ´Dancer in the dark´. Zo eenvoudig en leuk is het niet om films te draaien volgens de pure regels. Daarmee is de anti-beweging inmiddels een cliché geworden. De definitieve nekslag is de sluiting van het secretariaat van Dogma in 2002.
http://www.cultkanaal.nl/Film/dogma-95.html


Een mechanisme van de wetenschap: logica.
Een feest is een feest, dat is logica.
Maar een feest is niet altijd een feest.
Een moment is nu éénmaal een moment.


Wanneer wetenschappelijk onderzoek gevaarlijk is.
Fascinerend onderwerp vind ik dat.
Ik laat het geheel aan u over.
Wanneer wetenschappelijk onderzoek gevaarlijk wordt.
Wanneer ik het zeg.


 

zondag 11 november 2012

Humpty Dumpty



Salmon fishing in the Yemen.
Een fraai staaltje taalfilosofie gisteren.
Taalfilosofie is vliegvissen.
Hoe ver reikt de impact van een woord?
Zo ver als de visser het werpt.
Spelen met woorden.
Het is een spelletje.


http://www.literature.org/authors/carroll-lewis/through-the-looking-glass/chapter-06.html

`In that case we start fresh,' said Humpty Dumpty, `and it's my turn to choose a subject -- ' (`He talks about it just as if it was a game!' thought Alice.) `So here's a question for you. How old did you say you were?' Alice made a short calculation, and said `Seven years and six months.' `Wrong!' Humpty Dumpty exclaimed triumphantly. `You never said a word like it!' `I though you meant "How old are you?"' Alice explained. `If I'd meant that, I'd have said it,' said Humpty Dumpty. Alice didn't want to begin another argument, so she said nothing. `Seven years and six months!' Humpty Dumpty repeated thoughtfully. `An uncomfortable sort of age. Now if you'd asked my advice, I'd have said "Leave off at seven" -- but it's too late now.' `I never ask advice about growing,' Alice said Indignantly. `Too proud?' the other inquired. Alice felt even more indignant at this suggestion. `I mean,' she said, `that one can't help growing older.' `One can't, perhaps,' said Humpty Dumpty, `but two can. With proper assistance, you might have left off at seven.' `What a beautiful belt you've got on!' Alice suddenly remarked. (They had had quite enough of the subject of age, she thought: and if they really were to take turns in choosing subjects, it was her turn now.) `At least,' she corrected herself on second thoughts, `a beautiful cravat, I should have said -- no, a belt, I mean -- I beg your pardon!' she added in dismay, for Humpty Dumpty looked thoroughly offended, and she began to wish she hadn't chosen that subject. `If I only knew,' the thought to herself, 'which was neck and which was waist!' Evidently Humpty Dumpty was very angry, though he said nothing for a minute or two. When he did speak again, it was in a deep growl. `It is a -- most -- provoking -- thing,' he said at last, `when a person doesn't know a cravat from a belt!' `I know it's very ignorant of me,' Alice said, in so humble a tone that Humpty Dumpty relented. `It's a cravat, child, and a beautiful one, as you say. It's a present from the White King and Queen. There now!' `Is it really?' said Alice, quite pleased to find that she had chosen a good subject, after all. `They gave it me,' Humpty Dumpty continued thoughtfully, as he crossed one knee over the other and clasped his hands round it, `they gave it me -- for an un-birthday present.' `I beg your pardon?' Alice said with a puzzled air. `I'm not offended,' said Humpty Dumpty. `I mean, what is and un-birthday present?' `A present given when it isn't your birthday, of course.' Alice considered a little. `I like birthday presents best,' she said at last. `You don't know what you're talking about!' cried Humpty Dumpty. `How many days are there in a year?' `Three hundred and sixty-five,' said Alice. `And how many birthdays have you?' `One.' `And if you take one from three hundred and sixty-five, what remains?' `Three hundred and sixty-four, of course.' Humpty Dumpty looked doubtful. `I'd rather see that done on paper,' he said. Alice couldn't help smiling as she took out her memorandum- book, and worked the sum for him:
                               365
                                 1
                               ___

                               364
                               ___

Humpty Dumpty took the book, and looked at it carefully. `That seems to be done right -- ' he began. `You're holding it upside down!' Alice interrupted. `To be sure I was!' Humpty Dumpty said gaily, as she turned it round for him. `I thought it looked a little queer. As I was saying, that seems to be done right -- though I haven't time to look it over thoroughly just now -- and that shows that there are three hundred and sixty-four days when you might get un-birthday presents -- ' `Certainly,' said Alice. `And only one for birthday presents, you know. There's glory for you!' `I don't know what you mean by "glory,"' Alice said. Humpty Dumpty smiled contemptuously. `Of course you don't -- till I tell you. I meant "there's a nice knock-down argument for you!"' `But "glory" doesn't mean "a nice knock-down argument,"' Alice objected. `When I use a word,' Humpty Dumpty said in rather a scornful tone, `it means just what I choose it to mean -- neither more nor less.' `The question is,' said Alice, `whether you can make words mean so many different things.' `The question is,' said Humpty Dumpty, `which is to be master - - that's all.'



http://www.literature.org/authors/carroll-lewis/through-the-looking-glass/chapter-01.html

JABBERWOCKY.

`Twas brillig, and the slithy toves
Did gyre and gimble in the wabe;
All mimsy were the borogoves,
And the mome raths outgrabe. `Beware the Jabberwock, my son!
The jaws that bite, the claws that catch!
Beware the Jubjub bird, and shun
The frumious Bandersnatch!' He took his vorpal sword in hand:
Long time the manxome foe he sought --
So rested he by the Tumtum tree,
And stood awhile in thought. And as in uffish thought he stood,
The Jabberwock, with eyes of flame,
Came whiffling through the tulgey wood,
And burbled as it came! One, two! One, two! And through and through
The vorpal blade went snicker-snack!
He left it dead, and with its head
He went galumphing back. `And has thou slain the Jabberwock?
Come to my arms, my beamish boy!
O frabjous day! Callooh! Callay!
He chortled in his joy. `Twas brillig, and the slithy toves
Did gyre and gimble in the wabe;
All mimsy were the borogoves,
And the mome raths outgrabe.

`It seems very pretty,' she said when she had finished it, `but it's rather hard to understand!' (You see she didn't like to confess, ever to herself, that she couldn't make it out at all.) `Somehow it seems to fill my head with ideas -- only I don't exactly know what they are! However, somebody killed something: that's clear, at any rate -- '


Als ik meester ben over een woord, dan ben ik meester over een interpretatie.
Jabberwocky is het monster van de logica, het monster dat alleen verschijnt als je denkt.

Long time the manxome foe he sought --
So rested he by the Tumtum tree,
And stood awhile in thought. And as in uffish thought he stood,
The Jabberwock, with eyes of flame,
Came whiffling through the tulgey wood,


Een woord als "zinloos" reikt net zo ver als de visser het werpt.
Een logische (of "zinloze") zinsconstructie zo u wil:
Als er geen logica meer is, dan zijn er alleen nog spelletjes, spelletjes met woorden...

Jabberwocky
is een moppie
of toch nie
een grijze ragebol
een ladder in een donker hol
de ladder brakte woorden
in stillere oorden

Spelliography:

http://www.bu.edu/wcp/Papers/Inte/InteDudd.htm




"Ik weet niet wat ik moet geloven, dus geloof ik maar niets"
Geloof je dat?




Jij niet?




Ik weet niets, dus rest me alleen maar geloof.
Zo geloof ik ook dat "een vraag geen antwoord is".





Gelukkig weet je dan wel wat je gelooft. Ik niet. Want wat is niets?




Ik hou van korte zinnen.
"Gelukkig weet je dan wel wat je gelooft. Ik niet".
In eerste instantie was er een uitspraak van jou waar ik op reageerde met een vraag.
Het ging dus om jou uitspraak, niet om die van mij.
In je laatste reactie heb je de rollen omgedraaid. Daar gaat het om een standpunt van mij waar je op reageert met een vraag.
Als ik je laatste reactie reduceer tot jou standpunt schrijf je: "ik weet niet wat ik geloof".
Naar mijn mening is dat een heel andere uitspraak dan ""Ik weet niet wat ik moet geloven, dus geloof ik maar niets"
Wat is het verschil?
Het verschil is "dus".
En dat is precies het woordje waar ik jou op vastzette.
Net zoals jij mij vast zet op het woordje "dus".
Maar ik heb er helemaal geen probleem mee om toe te geven dat ik een onlogisch discours ten berde breng. Ik ben een zot, een dwaas.
Beste Kweetal,
"Ik weet niet wat ik moet geloven, dus geloof ik maar niets"
Geloof je dat?
In de logica kan deze vraag alleen met een "ja" of een "nee" beantwoord worden.
Korte zinnen voorwaar.



zaterdag 10 november 2012

Paul Torday






Sheikh Muhammed: You're not a religious man?
Dr. Alfred Jones: No. No, I'm not.
Sheikh Muhammed: But you're a fisherman, Dr. Jones.
Dr. Alfred Jones: I'm sorry, I don't follow.
Sheikh Muhammed: How many hours do you fish before you catch something? Dozens?
Dr. Alfred Jones: Gosh, hundreds sometimes.
Sheikh Muhammed: Is that a good use of your time for a facts-and-figures man? But you persist in the wind and the rain and the cold with such poor odds of success. Why? Because you're a man of faith, Dr. Alfred.
Dr. Alfred Jones: With due respect, fishing and religion are hardly the same thing.
Sheikh Muhammed: With equal respect, I have to disagree.